donderdag 20 mei 2010

SP in de Media

Verkiezingstijd

Zo’n drie weken voor de verkiezingen zijn alle partijen druk bezig zich te profileren, zo ook de SP. Met name de afgelopen week heeft de SP op een uitgesproken manier de media gehaald.
Allereerst was er deze week(18 mei) een uitgebreid artikel in de Telegraaf met als kop:”De SP vraagt om opheldering”. De SP had uitgezocht dat het topsalaris bij ontwikkelingsorganisatie SNV ruim € 180.000 bedroeg voor 2009 en dat is hoger dan de afgesproken norm voor een ontwikkelingsorganisatie onder de DG-code. Het salaris van een directeur van een dergelijke instelling mag niet meer bedragen dan het salaris van een directeur-generaal bij een ministerie en dat is € 121.000.
Dat past dus helemaal niet bij een organisatie die nota bene voluit heet Stichting Nederlandse Vrijwilligers (SNV). De SNV draait bijna volledig op overheidsgeld voor een bedrag van € 90 miljoen Euro per jaar.
Zelfs oud FNV-voorzitter Lodewijk de Waal, die momenteel voorzitter is van de raad van toezicht, heeft ingestemd met dit nieuwe beloningsbeleid. Dat is raar omdat hij in het verleden als vakbondsbestuurder vaak geageerd heeft tegen exorbitante topsalarissen in het bedrijfsleven, maar het nu opeens geen probleem vindt.
Behalve SNV-directeur Elsen zijn er in 2009, door een verandering van de bestuursstructuur, nog twee directeuren bijgekomen waarvan de salarissen nog niet openbaar zijn gemaakt. Tegelijkertijd werden er door bezuinigingen SNV-medewerkers op de Balkan en in Latijns-Amerika ontslagen. Daarmee lijkt ontwikkelingssamenwerking steeds meer een business, met marktconforme salarissen, te zijn geworden ondanks het feit dan het een non-profit Stichting is, die draait op gemeenschapsgeld !

Een tweede belangrijk en heugelijk bericht kwam uit de Tweede Kamer. Voormalig fractieleider van de SP Agnes Kant heeft daar haar initiatiefwetsvoorstel toegelicht en verdedigd. Een nieuwe wet die de marktwerking in de thuiszorg moet terugdringen.
Dankzij voortschrijdend inzicht was de PvdA nu opeens wel voor dit wetsvoorstel en daarmee lijkt er nu ook een kamermeerderheid te zijn. Dat zou een prachtig afscheidscadeau zijn voor de jarenlange inspanningen juist in haar laatste werkweek als volksvertegenwoordiger.

Gisteravond (19 mei) heeft de nieuwe partijleider Emile Roemer ook zijn eerste échte vuurdoop gehad. In het, uit de kast gehaalde en afgestofte, tv-programma Lagerhuis moest Emile aantreden en in discussie gaan met het publiek en D’66 leider Alexander Pechtold. De besproken thema’s waren de mogelijke regeringscoalities, de studiefinanciering en de pensioenleeftijd. Op al deze punten hebben beide partijen tegengestelde voorstellen gedaan.
De eerste aanval van Pechtold was de uitspraak dat de SP conservatief is, omdat zij de pensioenleeftijd op 65 jaar wil laten en de studiefinanciering alsook de sociale verzekeringen wil behouden. Roemer wist dit handig te pareren door aan te geven dat de SP juist een progressieve sociale partij is. Roemer liet zien dat hij over genoeg algemene en feitelijke kennis maar vooral ook overtuigingskracht beschikt tegenover de doorgewinterde debater Pechtold. Het was ook veelzeggend dat juist Roemer het laatste woord kreeg van presentator Witteman.

Vandaag kwamen ook de resultaten van het Centraal Planbureau (CPB) die de verkiezingsprogramma ’s heeft doorgerekend op effecten voor de economie, het milieu, de werkgelegenheid, de overheidsfinanciën en het besteedbaar inkomen voor de burger. Daaruit blijkt dat bij de SP er zelfs sprake is van een koopkrachtstijging van € 1,25 miljard, in tegenstelling tot alle andere partijen behalve de PvdA en Groen Links. Bij Groen Links blijft de gemiddelde koopkracht gelijk en bij de PvdA verbetert die licht met € 0,25 miljard . In de huidige ernstige economische crisis moeten de bezuinigingen bij de overheid dus niet afgewenteld worden op de gewone burger.
Het CPB heeft geen verdere onderverdeling gemaakt naar koopkrachteffecten voor verschillende inkomensklassen. Het is echter duidelijk dat de effecten het grootst zijn voor de lagere inkomens en dat de hogere inkomens wel een extra bijdrage moeten leveren (onder andere door verhoging van het hoogste tarief bij de inkomsten- belasting, een nieuwe inkomensafhankelijke premie bij de ziektekostenverzekering en het afschaffen van hypotheekrenteaftrek bij huizen met een waarde van meer dan € 3,5 ton). Al met al solidaire en eerlijke voorstellen. Alleen maar focussen op economische groei en een verantwoord financieel overheidsbeleid leidt af van de hoofdvraag: “Hoe is het gesteld met het welzijn van de gewone burger en hoezeer worden zij getroffen door de crisis en verdienen daarom juist de steun van de overheid?”.
Opvallend was ook dat de SP het meeste geld uittrekt voor de zorg de komende kabinetsperiode, terwijl de andere partijen daarop bezuinigen.
Tegelijkertijd zijn de SP voorstellen goed genoeg om de komende 4 jaar toch 11 miljard te bezuinigen op het overheidstekort en dat is evenveel als de PvdA en Groen Links. De VVD en CDA bezuinigen veel meer, respectievelijk 20 miljard en 18 miljard, maar duidelijk wel ten koste van de burger en de lagere inkomensgroepen.
Met deze resultaten mag de SP trots zijn en met opgeheven hoofd de campagne in gaan!

Geen opmerkingen: