dinsdag 15 juni 2010

Boek Emile Roemer

Onderstaand artikel is gepubliceerd op de SP-website, afdeling Eindhoven, in de rubriek Ingezonden, vanaf 16 juni 2010

Tot hier… en nu verder !
Een boekbespreking


In een handzaam boekje van zo’n honderd bladzijden geeft de nieuwe SP-lijsttrekker een inkijkje in zijn leven en wat zijn politieke drijfveren zijn. Emile is het 3e kind in een katholiek gezin met vier kinderen. Al vroeg aan de eetkamertafel leerde hij discussiëren over politieke en maatschappelijke kwesties, waarbij de linkse zoons vooral de politiek katholieke opvattingen van de ouders op de proef stelden.
Na een opleiding aan de pedagogische academie wilde hij onderwijzer worden maar kon in het begin (jaren 80) moeilijk werk vinden. In de tussenliggende periode heeft Emile ook allerlei ander eenvoudig werk gedaan als lader en losser van vrachtwagens en op een veevoederbedrijf waar zijn vader een administratieve baan had.
Hij kan het zelf niet verklaren, maar spreekt wel over een duidelijke roeping als het om het vak van onderwijzer gaat. Pas na een aantal keren vervanging van zieke leerkrachten kreeg hij uiteindelijk een vaste aanstelling aan een Jenaplanschool in Boxmeer. Gedurende tien jaar dat hij onderwijzer was heeft hij veel aandacht proberen te geven aan de kinderen, maar ieder op een individuele manier. De persoonlijke aandacht is cruciaal juist voor zwakkere leerlingen. Emile benadrukt ook het belang van kunstzinnig, creatief onderwijs zoals een jaarlijks toneelstuk. Hij zag timide kinderen opeens opbloeien als ze een hoofdrol kregen en konden schitteren.
Daarom kan Emile zich ook goed herkennen in de SP programmapunten voor het onderwijs, zoals kleinere klassen, meer beloning voor de leerkracht en extra investeringen in het onderwijs. Ook is hij extra kritisch tegenover nieuwe ontwikkelingen zoals competentiegericht leren dat zeker niet voor alle leerlingen een zegen of uitdaging is.
In Boxmeer is hij ook al vroeg actief geworden voor de SP door deur aan deur, zoals hij het zelf noemt, te colporteren. Ook daar heeft hij het discussiëren geleerd door met mensen het gesprek aan te gaan over politieke kwesties. Hij beschrijft ook enkele concrete acties die Emile en de SP afdeling en met steun van wijkbewoners in Boxmeer hebben uitgevoerd. Daarmee werd genoeg goodwill opgebouwd waardoor de SP later met twee fractieleden in de Gemeenteraad kon toetreden. Bij de volgende verkiezingen in 2002 kon de SP zelfs toetreden tot het gemeentebestuur in een coalitie met de VVD. Voor deze buitengewone situatie was een direct overleg met het partijbestuur nodig voordat Emile toestemming kreeg.
Emile werd wethouder sociale zaken en later locoburgemeester. Met voorbeelden maakt Emile duidelijk dat het heel belangrijk is om creatief met wet- en regelgeving om te gaan zodat je aan mensen maatwerk kunt bieden. Dat betekende een ambtelijke cultuuromslag want gemeenteambtenaren zijn geneigd om strikt en formeel met regels om te gaan. Een uitgesproken voorbeeld is ook hoe de renovatie van een straat is opgepakt door te beginnen bij de buurtbewoners. Samen met bewoners werd een plan ontwikkeld dat later door de gemeente is uitgevoerd. Deze ervaringen brachten Emile tot de overtuiging, zoals ook in het partijprogramma staat te lezen, dat mensen meer inspraak moeten krijgen in buurten, het werk en de politiek. Dat leidt tot betere (soms zelfs goedkopere) resultaten, meer draagvlak en vooral meer tevredenheid.
Eind 2006 wordt Emile door het partijbestuur naar Den Haag geroepen om de tweede kamerfractie te versterken, iets wat hij jaren daarvoor nog had afgewezen omdat hij in Boxmeer nog belangrijk werk had te doen. Als woordvoerder Verkeer en Waterstaat heeft hij zijn steentje kunnen bijdragen.
Emile laat ook zien over enig historisch besef te beschikken, zoals dat van een goede onderwijzer mag worden verwacht, door de regeringsperiode van Colijn aan te halen. In die jaren 30 van de vorige eeuw verkeerde het land ook in een economische crisis en juist door overmatige overheidsbezuinigingen duurde de crisis in Nederland veel langer. Van die les zouden we moeten leren, juist nu !

Vanaf het voorjaar 2010 heeft hij zichzelf kandidaat gesteld voor het lijsttrekkerschap nadat Agnes Kant plotseling was teruggetreden. De verkiezingscampagne heeft hij met veel energie geleid. Zijn kordate en humorvolle optreden in vele debatten heeft ervoor gezorgd dat de SP in de peilingen weer is gestegen en op 9 juni uitkwam op 15 zetels, terwijl het lange tijd rond de 10 zetels heeft geschommeld. Een mooi resultaat!
Er worden hem nu al bijnamen gegeven als GVR (grote vriendelijke reus naar het boekje van Roald Dahl) en knuffelbeer, al wil hij liever geen eenzijdig etiket opgeplakt krijgen.

Het boekje eindigt met de tekst van het SP-lied “De mens is meer” van Karel Glastra van Loon, kennelijk ook het lijflied van Emile, dat bondig de kernpunten van de SP verwoordt.
Al met al een zeer lezenswaardig boekje voor het grote publiek en zonder diepgaande beschouwingen dat voor SP-leden zelfs met korting kan worden aangeschaft.

maandag 7 juni 2010

Duurzaamheid in de Pers

Onderstaand artikel is gepubliceerd op de SP-website, afdeling Eindhoven, rubriek Ingezonden vanaf 8 juni 2010

Duurzaamheidsinitiatieven

De laatste weken zijn er verschillende nieuwe projecten en initiatieven
op het gebied van duurzaamheid gepresenteerd. Enkele daarvan licht ik er even uit.
In Limburg is er door Gedeputeerde Staten goedkeuring gegeven aan het realiseren van twee nieuwe duurzame energiecentrales in Maastricht en een in (Greenport) Venlo. De provincie laat hiermee zien dat nieuwe kolencentrales of kerncentrales geen toekomst hebben, maar kiest bewust voor een combinatie van zonne-, wind-, water-en biomassa-energie als werkelijk duurzaam alternatief.In Venlo zullen 3,2 ha zonnepanelen worden aangelegd die 4,2 Megawatt leveren. Daarnaast 5 windturbines die 15 Megawatt leveren en een biomassaverbrandingsinstallatie van 10 Megawatt
Het gaat om investeringen ter waarde van € 140 miljoen. De provincie Limburg draagt zelf € 7,5 miljoen bij. Samen dekken de twee energiecentrales de energiebehoefte van 65.000 huishoudens. Daarmee worden de provinciale milieudoelstellingen ruimschoots gehaald.

In Gelderland wordt € 2,6 miljoen geïnvesteerd in de ontwikkeling van waterstof- brandstofcellen in elektrische aangedreven stadsbussen die in Arnhem zullen gaan rijden. Deze bussen geven geen CO2 uitstoot en zijn niet afhankelijk van accu's die toch een beperkt vermogen en dus bereik hebben. Deze hybride vorm is veelbelovend.
In Den Bosch rijden er al drie elektrische bussen, omgebouwd door All green Vehicles. Je kunt er ook een van de vier elektrische auto's huren of een
elektrische scooter. Noord-Brabant is ook volop actief met het aanleggen van een netwerk met elektrische oplaadzuilen door Enexis (onderdeel Essent). De gemeente streeft ernaar om voor juli 2010 vijftig elektrisch aangedreven voertuigen binnen de gemeentegrenzen te hebben rijden. De gemeente Den Bosch en de provincie Noord-Brabant steken elk een miljoen euro in het vervoerproject. Het provinciebestuur heeft de ambitie uitgesproken dat voor 2020 minstens 200 duizend elektrische auto's in Brabant zullen rondrijden.

In de VS is er een bedrijf Solar Roadways dat een systeem ontwikkeld heeft dat het mogelijk maakt om zonnepanelen in het wegdek van snelwegen aan te brengen.
Afgelopen maand kreeg de onderneming 100.000 dollar subsidie van de US Ministerie van Transport om deze techniek verder te ontwikkelen en te vermarkten. Binnen enkele jaren moet het asfaltzonnepaneel op de markt zijn. De bedoeling is om de Amerikaanse (en Europese) wegen in ware krachtcentrales te veranderen. Het systeem bestaat uit panelen van 3,5 bij 3,5 meter die per stuk 7,6 KWatt stroom per dag produceren. Elk paneel kost 6900 dollar. De bovenkant bestaat uit een rijoppervlak gemaakt uit gerecycled glas. Dat klinkt glad,maar door een nieuw procedé is de weg net zo ruw als een gewone rijbaan, terwijl water door kleine openingen snel weg kan lopen. De belangrijkste eigenschap van deze bovenkant is dat het zonlicht doorlaat, dat valt op zonnepanelen in de weg. Die zetten het licht om in energie, waardoor de weg
elektriciteit opwekt. Onder de panelen zit een betonnen basislaag, die de weg stevig-heid en duurzaamheid geeft. De slimme weg is niet alleen groen, maar ook nog voorzien van energiezuinige LED-lampjes. Dat geeft de beheerder van de weg de gelegenheid om bijvoorbeeld waarschuwingen als een maximum snelheid op de weg af te beelden.
Een laatste bericht op dit gebied kwam uit Utrecht waar een Duurzaamheidsverklaring gepresenteerd is onder leiding van Herman Wijffels. Werkgroepen van 7 verschillende politieke partijen hebben deze verklaring voor duurzame ontwikkeling opgesteld en ondertekend. Helaas was de SP hier niet bij betrokken. Nederland heeft nieuwe energie nodig. Daarom pleit dit partij-overstijgende voorstel voor een versnelde omslag naar een volledig hernieuwbare energievoorziening in 2050. De jaarlijkse energiebesparing wordt opgeschroefd naar 3% en de jaarlijkse groei in hernieuwbare energie wordt versneld naar 7%.
Burgers en bedrijven willen dat de overheid krachtig en inspirerend leiderschap
toont. Daarbij hoort een consistente lange termijn koers met een samenhangend pakket aan beleidsinstrumenten. Men noemt dit ambitieus een soort Deltawet, maar dan voor duurzame energie.
Een voorwaarde daarbij is een wettelijk vastgelegd teruglevertarief dat zorgt voor een consistent en stimulerend investeringsklimaat ten aanzien van hernieuwbare energie en warmtekrachtkoppeling. Een ander punt is de consequente invoering en stapsgewijze aanscherping van het algemeen aanvaarde principe dat de vervuiler betaalt door fiscale vergroening. Een Nationaal Energietransitie Fonds bevordert de financiering van energiebesparende maatregelen en investeringen in opwekking van hernieuwbare energie.
Alle energieleveranciers in Nederland moeten wettelijk een toenemend aandeel hernieuwbare elektriciteit in hun energiemix hebben. Nieuwbouw van conventionele centrales is in economische en ecologische zin niet verantwoord. De overheid bevordert energie-efficiënt gedrag door onder meer een sterk verbeterd openbaar vervoer, strengere productnormen en verplichte toepassing van energiebeheer in gebouwen. Als we onze welvaart en welzijn in de komende decennia willen zekerstellen, dan moeten we bereid zijn om de doodlopende weg van onze verspillende en vervuilende economie te verlaten en juist nu te kiezen voor de nieuwe energie die Nederland nodig heeft.